Minister Dijsselbloem van Financiën heeft betrokken partijen, zoals de grote crowdfundingplatformen en relevante advocatenkantoren, uitgenodigd om met hem na te denken over de invulling van een nieuw juridisch kader voor crowdfunding.
De crowdfundingmarkt ontwikkelt zich snel en de regulering is nog beperkt. Zo zijn er voor crowdfunding in onderhandse leningen geen formele eisen aan onder meer consumentenbescherming en informatieverstrekking.
Toezichthouder Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft eerder gevraagd om nieuwe wetgeving, waardoor deze vorm van crowdfunding een duidelijker basis kan krijgen binnen de Wet financieel toezicht (Wft). Platformen voor onderhandse leningen hebben nu een ontheffing.
Crowdfunding is een innovatieve vorm van financiering waarbij een bedrijf of initiatief geld vraagt aan geïnteresseerden. Dat proces vindt plaats via een online crowdfundingplatform, waarbij de exploitant van het platform een bemiddelende rol speelt. De relatief laagdrempelige toegang maakt dat partijen via crowdfunding investeerders kunnen bereiken die bij traditionele financieringsvormen minder eenvoudig bereikt worden.
De markt voor crowdfunding groeit snel. Vorig jaar is voor 143 miljoen euro aan financiering gevonden via platformen die in Nederland onder financieel toezicht staan. In 2015 ging het om 90 miljoen, in 2013 slechts om 17 miljoen.
Vormen van crowdfunding
Crowdfunding is ruwweg in vier typen onder te verdelen, te weten crowdfunding gebaseerd op donaties, beloning, effecten en onderhandse leningen.
- Crowdfunding gebaseerd op donaties: in essentie komt deze vorm neer op het schenken van geld aan een goed doel. Geldgevers brengen geld in voor een bepaald (ideëel) doel, maar krijgen geen tegenprestatie. Deze vorm staat niet onder toezicht van de AFM.
- Crowdfunding gebaseerd op beloning: deze vorm wordt ook wel sponsoring genoemd. Geldgevers brengen geld in ter ondersteuning van een project tegen een (niet-financiële) tegenprestatie. Hierbij kan gedacht worden aan het financieren van de ontwikkeling van een product, waarbij de geldgevers uiteindelijk dat product krijgen als tegenprestatie. Het financiële aspect is vaak onderschikt en geldgevers voelen zich vooral verbonden met het doel wat de geldvrager nastreeft. Deze vorm staat niet onder toezicht van de AFM.
- Crowdfunding gebaseerd op effecten: bij deze vorm van crowdfunding geeft de geldvrager effecten uit zoals aandelen of obligaties. Op grond van artikel 5:2 van de Wft is het verboden in Nederland effecten aan te bieden aan het publiek zonder dat daarvoor een door de AFM goedgekeurde prospectus algemeen verkrijgbaar is gesteld. De geldvrager is derhalve prospectusplichtig. In de praktijk zijn echter de meeste aanbiedingen zo gestructureerd dat er een vrijstelling van toepassing is. Daar effecten financiële instrumenten in de zin van de Wft zijn, speelt het crowdfundingplatform een bemiddelende rol ten aanzien van een transactie in financiële instrumenten. Met andere woorden, het platform verleent beleggingsdiensten. Het verlenen van een beleggingsdienst is op grond van artikel 2:96 van de Wft vergunningplichtig. Het gaat dan in ieder geval om de dienst “het in de uitoefening van een beroep of bedrijf ontvangen en doorgeven van orders van cliënten met betrekking tot financiële instrumenten”. De regels voor het verlenen van beleggingsdiensten zijn gebaseerd op de richtlijn markten voor financiële instrumenten, ook wel bekend als MiFID.
- Crowdfunding gebaseerd op onderhandse lening: de financiering heeft bij dit type crowdfunding de vorm van een onderhandse lening. De geldvrager trekt opvorderbare gelden aan van het publiek. Indien dit bedrijfsmatig gebeurd, is dit in principe verboden. In artikel 24b van de Vrijstellingsregeling Wft is echter een op crowdfunding afgestemde vrijstelling opgenomen: geldvragers mogen tot en met een bedrag van € 2,5 mln. middels deze vorm van crowdfunding geld ophalen. Het platform vervult een bemiddelende rol bij het aantrekken van opvorderbare gelden. Dit is op grond van artikel 4:3 van de Wft alleen toegestaan indien de AFM hiervoor ontheffing heeft verleend. Het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (BGfo) stelt ten aanzien van de bedrijfsvoering enkele eisen aan platformen met een ontheffing. Wanneer platformen leningen van consumenten aan consumenten faciliteren, hebben zij een vergunning voor het aanbieden van krediet nodig (art. 2:60 Wft).
Crowdfunding in onderhandse leningen maakt 90 procent uit van de ruim 140 miljoen aan financiering. De overige 10 procent is crowdfunding in effecten. Er zijn op het moment ruim 50 platformen actief, waarvan de grootste tien een gezamenlijk marktaandeel hebben van 90 procent.
Crowdfundingplatformen zijn vaak kleine bedrijven, voor wie nieuwe regels verstrekkende gevolgen kunnen hebben. Juist daarom hoopt Dijsselbloem hen in het voortraject al te betrekken bij het opstellen van de nieuwe regels. De minister streeft daarbij naar een balans tussen het behoud van toegang tot platformen en innovatie, met tegelijkertijd aandacht voor mogelijke risico’s en voor de bescherming van consumenten.
Mogelijke risico’s bij crowdfunding zijn bijvoorbeeld integriteitsrisico’s, zoals witwassen, financiering van terroristische activiteiten, fraude of belangenverstrengeling en het op dit moment nagenoeg ontbreken van formele regels op het gebied van consumentenbescherming.
Het ministerie van Financiën heeft in het kader van het overleg met de sector een consultatiedocument openbaar gemaakt waarop belangstellenden tot 27 november 2017 kunnen reageren. Dit consultatiedocument richt zich daarbij op crowdfunding waarbij de financiering is vormgegeven als onderhandse lening. De Tweede Kamer zal over de resultaten van de consultatie worden geïnformeerd.
Bron: Rijksoverheid, 12 oktober 2017. Download hier het consultatiedocument.
Geef een reactie